Dag 28; Saint Maurice - Martigny, 14 juni 2019

Steeds verder de Alpen in, vandaag nog een redelijk eenvoudige etappe met een lange klim erin. Het dal wordt steeds smaller en de snelweg, de spoorlijn, de Rhône, de lokale weg en het wandelpad van de Via Francigena moeten er doorheen. De wandeling gaat grotendeels door prachtige natuur. Je blijft wel het geluid van auto’s en treinen horen kaatsen tussen de bergwanden door. Je hoort ook de hele dag helikopters. Vandaag een dag dat ik zelfs 4 pelgrims heb ontmoet, 2 Engelsen die de route andersom lopen, en aangaven dat ik nog hele mooie dingen ga zien. Een man die achter mij liep maar die ben ik kwijt geraakt en een Zwitserse vrouw die ik herhaaldelijk heb gesproken. Ze spreekt allleen Frans maar we komen er redelijk uit. Ze volgde mij omdat ze er vertrouwen in had dat ik de juiste weg nam, gaf ze aan. Ik zat even de middag rust te houden en kwam ze ook nog even bij me op het bankje zitten. De komende 3 dagen lopen we dezelfde routes naar de col. Op de col slaapt ze ook bij de monniken net als ik. Eindelijk... hier begint de via Francigena meer te leven. De route is erg goed bewegwijzerd op een kleine uitzondering na, maar daar is de GPX goed voor. Bij vertrek uit Saint Maurice een foto van het treinemplacement gemaakt, tegen de rotsen links ligt de abdij. Het weer was bewolkt, wat benauwd maar droog en zelfs af en toe zon.

De route ging grotendeels door het bos, midden in het bos een kapel, natuurlijk even naar binnen. Een non zat er te bidden, maar bij mijn binnenkomst stopte ze onmiddellijk. Ze vroeg of ik onderweg naar Rome was, en gaf goedkeurend aan dat dat Klopt. Ze wilde ook weten waar ik vertrokken was en hoe lang ik er over ga doen. Heel vriendelijk waarbij ze aangaf dat ze voor mij zou bidden. Toen ik de kapel uitliep kwam net de man er aan die achter mij liep, die pelgrim heb ik verder de dag ook niet meer gezien.


De paden worden smaller het water uit de bergen wordt steed wilder, je blijft foto’s en films maken. Dat is iets wat bij zo’n tocht hoort, je maakt weet ik hoeveel foto’s en films. In mijn blog komt maar een kleine selectie.

Je blijft door kleine stille dorpjes lopen en af en toe moet je een kort stuk langs de lokale weg omdat recht van je de rots steil omhoog gaat er daar geen wandelpad is.de eerste tekenen van de Col Sint Bernard zie je al op de borden staan voor het verkeer. Het doorgaande verkeer gaat niet de col over maar door een tunnel.

Een dorp verder krijg je iets moois te zien. De Zwitserse vrouw probeerde mij uit te leggen hoe die waterval heet die je plots ziet opdoemen, maar ik sprak het volgens haar iedere keer verkeerd uit. Totdat ik een bord zag waar de naam opstond, wat je ziet is de “cascade de la Pissevache” op zijn Zwitsers Frans uitgesproken begreep ik het niet maar toen ik het bord zag en het hardop las keurde ze het goed. En zij liep vast weer verder. Maar bij de waterval zelf stond ze mij op te wachten, magnifiek was haar woord, en dat is het.


De Pistevache is een waterval van 116 meter hoog. Stel je voor dat vanaf de top van de Dom in Utrecht water naar beneden klettert, zoiets is het maar dan nog 5 meter hoger. Links op de foto zie je nog net de Zwitserse pelgrim staan.

Na een lekker fris briesje hier, weer verder door het bos, ik liep weer voorop om de weg te wijzen, ahum. Uiteindelijk liep ik toch sneller want op mijn rustplekken duurde het even tot ze naast me op het bankje kwam zitten. Ze heeft ook de Camino gelopen en had horen vertellen dat je de klim van Bourg Saint Pierre naar de top van de col vroeg moet beginnen. Als je te laat start is de sneeuw niet meer hard en dat loopt niet gemakkelijk volgens haar. Zij vertrekt om 6 uur. Maar eens zien wat ik met dit advies ga doen. Met water kunnen ze in Zwitserland natuurlijk veel meer, bijvoorbeeld elektriciteit opwekken, zie de foto. Het water wordt opgevangen in die grote groene pijp waar ik overheen moest klimmen, en komt met bruut geweld uit de centrale. Het drinkwater hier is ook echt bronwater zonder enige toevoeging. Ik kwam langs de bron en daar loopt continu ook een straal drinkwater uit een pijpje om je watervoorraad bij te vullen. Op mijn slaapplaats staat een karaf met een briefje erbij waarop staat dat je de karaf gewoon onder de kraan kan vullen, het is bronwater.

Op de berg zag ik staan “Mont Blanc Expres” ik heb er geen foto van gemaakt want het leek reclame. Even later hoor in een gepiep en gekraak en zie ik helaas niet de expres rijden. Even verder ontdekte ik dat vanuit net voor Martygni inderdaad de Mont Blanc Expres vertrekt naar Chamonix in Frankrijk. Ik zag de trein natuurlijk niet meer rijden, zo vaak rijdt deze tandrad trein niet. Ik heb nog een foto kunnen maken van het eerste stukje rails na vertrek.

Als je in Martigny aankomt ga je eerst over een oude houten brug, de brug “Pont de la Batiaz” gemaakt van hout waar nu nog ook auto’s overheen gaan. En onder de brug weer kolkend water uit de bergen.


Het was een bijzondere dag, ontmoetingen met andere pelgrims, mooie natuur en weer een droge dag. Morgen begint het echte werk, de voorloper dag van de col Saint Bernard. De tocht naar Orsières loopt vrijwel de hele dag omhoog uiteindelijk kom ik dan op een 900 meter hoogte, de col ligt op 2469 meter hoogte. Dat gaat dan nog in twee dagen. Inmiddels zie ik ook steeds vaker borden van de via Francigena, daar begint de tocht in Besancon en eindigt in Ivrea. Ik ben veel eerder gestart en ga nog verder dan Ivrea.

En hieronder weer een korte film met een samenvatting van de laatste dagen.