Ook ik moest vanmorgen even wennen aan de zomertijd, ook hier is de klok een uur vooruit gegaan, het uur tijdsverschil met Nederland blijft. Ik werd dan ook pas kwart voor acht wakker, ik had wat eerder willen opstaan. Maar wat maakt het uiteindelijk uit.
Rond half negen ben ik vertrokken maar moest nog wel even een bar vinden voor ontbijt. Ineens kwam om de hoek de Braziliaanse vrouw die overigens Lustara heet, wel handig altijd om te weten. Ook zij fris en fruitig maar had al wel ontbeten. Onze wegen scheiden al na de eerste meters bij een bar. Daar even snel ontbijten en dan echt op stap.
De hoogte kaart geeft aan eerst na het verlaten van Alvaiázere even naar 460 meter hoogte te gaan, even doorstappen tot je op de top in Vendas bent. Dit omhoog lopen was over een asfaltweg. Daarna werd de route prachtig, vaak over smalle paadjes en smalle weggetjes.
Even teruggekeken naar Alvaiázere, dat al ver benden ligt. Veel wolken maar geen regen en later op de dag weer blauwe lucht.
Na de top was het 8 km lekker ontspannen naar beneden lopen, in eerste instantie door een groot natuurgebied met ook veel olijfbomen en kurkbomen. De lucht begint al wat te breken.
De Camino loopt ook door kleine dorpjes, zoals ik al eerder schreef, vaak niet geweldig er uit zien. Van de woningen is soms wel de helft een bouwval, die zelfs soms nog wel te koop staan. Er zal geen belangstelling zijn om te wonen in die dorpjes, vaak ook geen voorzieningen. Maar in dit dorpje was zelfs nog een kerkje dat geen bouwval was.
Na een 10 km na Alvaiázere, net voor een grotere plaats, Ansiãno, kwam ik Lustara tegen, langs het bospad lagen twee gedumpte wasmachines op hun zijkant en daar zat ze op. Ze zat een beetje te zuchten dat ze de afstanden wel lang vind, maar wel morgen in Coimbra wil aankomen. Ik weet niet wat ze gedaan heeft want ik haar de rest van de dag niet meer gezien. In Ansiãno heb ik mijn eerste stop bij een barretje genomen. Ik heb nog opgelet of ik haar langs zal lopen, maar helaas niet gezien.
Na Ansiãno gaat de route wat omhoog en omlaag, goed te doen. Ergens midden in het bos kom je dan een vereringsplekje voor Maria tegen. Wie maakt dat daar, het kan zijn dat daar ooit iemand is verongelukt.
Op alle camino’s die ik gelopen heb is de weg naar beneden vaak een keien pad, het is hier weer niet anders. Het voordeel hier is dat het nooit erg lang is omdat de bergen niet zo hoog zijn.
En nog even een plaatje van een gepelde kurkeik, in het jaar 2022.
Onderweg op de camino kom je soms mooie tafereeltjes tegen, in een nietszeggend dorpje toch aandacht hiervoor.
De lucht wordt steeds blauwer, en de route gaat over mooie paden en zandweggetjes. Ook dat is de Camino eigen, je komt van boven, ziet het dal voor je en weet dan je daarna weer omhoog mag lopen.
Uiteindelijk kom ik aan in Alvorge, gelijk bij het binnenlopen van de plaats een restaurant annex bar. Tijd voor mijn tweede tussenstop, wat gedronken en gegeten en een mooie stempel in mijn pelgrimspaspoort. Het was rond twee uur en zondag dus de zaak zat stampvol, maar ze namen gewoon even de tijd voor mij. Toen ik aan kwam lopen riepen als twee mensen dat ik naar binnen moest gaan en om een stempel moest vragen.
Gisteren gaf ik aan dat Alvorge mijn stopplek is voor vandaag, nog niet helemaal goed gekeken want Alvorge is groter dan de plaats, ik moet nog 3,5 km verder richting Rabaçal. Uiteindelijk vind ik dat niet zo erg want dan is morgen Coimbra te doen.
In Alvorge nog een mooi plein wat er met zon erop altijd er goed uitziet
Na Alvorge kom ik een grote picknick tegen, kun je je in Nederland nu even niet voorstellen maar hier gebeurt het. Veel mensen, veel auto’s een aggregaat en bakken en drinken maar.
Na Alvorga nog even 3,5 km doorstappen en zie ik in de verte al mijn geweldige overnachtingplek in beeld. Pal aan de camino. Een authentieke Spaanse molen op een heuvel.
Echt een keer een topplek, niet in een plaatsje maar gewoon onderweg. De molen lijkt buiten nog bruikbaar maar dat is die zeker niet. In de molen is een B&B gemaakt, begane grond met een keukentje, eettafel en badkamer en op de verdieping onder de molenkap de slaapkamer. De hele dag was ik al in contact met de eigenaar over hoe laat ik zou aankomen, later heeft hij mij nog bericht of een half uur voor aankomst contact wilde opnemen, dat bericht had ik niet meer gezien.
ik heb me door struikgewas een weg geworsteld naar de molen, ik zag geen aanwijzingen staan hoe er te komen. Daar aangekomen met de eigenaar contact gehad die binnen 5 minuten ter plaatse was om mij binnnen te laten. Het ontbijt hadden ze gelijk bij zich met een hoeveelheid waar je met twee man van kan eten. Ik verwacht dat ze ook voor twee hadden meegenomen. Komt mooi uit want dan heb ik voor vanavond ook te eten met zelfs koffie erbij uit de Nespresso. En ook 3 liter water.
En zicht op de camino die onder langs loopt.
Ik moet wel zeggen dat de kap van de molen telkens wat kraakt, dat zal vannacht niet anders zijn.
Morgen loop ik naar Coimbra een grote stad met universiteit. Ook daar ben ik weleens eerder geweest maar daar waren Ellen en Peter nog bij dat is heel lang geleden. Ik heb dan ongeveer een derde van de tocht erop zitten. Na Coimbra worden de afstanden wat korter met een max van 25 km en sommige dagen nog minder.
Het blijft genieten en ontmoeten. Vandaag ook nog twee Engelse vrouwen ontmoet, maar dat was een kort contact.