Het Marskramerpad

Dag 14, Noorden naar Woubrugge

17 februari 2024

 

 

 

Na een lekker zelf gemaakt “diner” en een verder rustige avond op tijd naar bed om weer uitgeslapen de dag van vandaag te gaan beleven. Eerst even koffie en yoghurt voor het ontbijt en dan weer fris op stap. Oorspronkelijk zou ik naar Rijnsaterwoude lopen, maar daar was niet te overnachten. Ik ben doorgelopen naar Woubrugge waar ik eenvoudig de bus naar Leiden kon nemen, en waar ik nu twee nachten overnacht.

 

Het weer was vandaag geweldig, droog, geen wind en dan heb je lekker wandelweer. Ook veel Marskramerlopers vandaag op het pad ontmoet.

 

Al snel kom ik op een lang betonnen voet- en rijwielpad richting Zevenhoven. Dit pad is ruim 3 km lang. Wat een ruimte beleef je dan. Je zit wel in een aanvliegroute van Schiphol, om de vijf minuten hoor je een vliegtuig, dat is een beetje jammer.

 

 


Bij Zevenhoven valt niet veel te zien, op de hoek van een kruispunt een kerk en verder veel huizen langs een water. Water is wel dat wat hier erg veel is, veel watergangen, huizen met bruggetjes, echt heel veel water. Hier een kerk met een haan, een protestante gemeenschap kerk. Wat wel opvalt dat in deze regio erg veel katholieke kerken zijn, een katholieke enclave die ik hier niet had verwacht.

 


Vanaf Zevenhoven volgen de dorpen elkaar snel op, eerst Noordeinde, dan Nieuwveen en iets verder Papenveer. In Nieuwveen weer een katholiek bolwerk, De Antonius kerk zie je al in de verte staan, daarachter het oude Ursulineklooster. 
 


Achter de Antoniuskerk ligt het Antoniushof, geen kerkhof maar een grote tuin met allemaal kunstuitingen met heiligen en anderen. Wat mij aansprak was Sint Nicolaas, zijn graf ga ik in Bari nog bezoeken dit jaar.

Bij Sint Nicolaas stond een bord met zijn geschiedenis, wel leuk omdat al paraat te hebben.

 

De geschiedenis van Sint Nicolaas

Turkije. Hier werd Sint Nicolaas rond het jaar 300 geboren in de havenplaats Myra. Myra hoorde vroeger bij Griekenland. Als baby bleek Nicolaas al een bijzonder iemand. Zo ging het verhaal dat hij rechtop in zijn badje ging staan en met gevouwen handen God dankte voor zijn geboor Later werd hij priester en ook toen werden er bijzondere verhalen over hem verteld.

Eén ervan ging over drie jongens die in een bos wandelden en de weg kwijt raakten. Ze vroegen een herbergier of ze bij hem mochten slapen. In de herberg pakte de herbergier mes, sneed de jongens in stukken en stopte ze in een ton. Nicolaas die toevallig langs kwam had direct in de gaten er iets mis was.

Hij bad tot God en de drie jongens stapten levend uit de ton alsof er niets was gebeurd. Door dit verhaal werd Nicolaas beschermheilige van de kinderen.

In een ander verhaal hielp Nicolaas drie meisjes die te arm waren om te trouwen. Hij deed dat door 's nachts buidels geld in de slaapkamer van de meisjes te gooien. Een ervan kwam terecht in een schoen. Daarom zetten wij bij het Sinterklaasfeest nog steeds onze schoen in de hoop dat Sint Nicolaas er iets in stopt. In weer een ander verhaal maakte Nicolaas per schip een reis naar Jeruzalem. Onderweg wilde de duivel met een storm het schip laten vergaan. Nicolaas bad tot God, en meteen ging de wind liggen en de zee werd rustig. Zo werd Nicolaas ook beschermheilige van de zeelieden. Later werd Nicolaas bisschop van Myra.

Nicolaas stierf op 6 december 342 in Myra. Hij werd in zijn eigen kerk begraven en bijgezet in een stenen grafkist. De kerk verklaarde hem heilig. Er kwam Sint voor zijn naam te staan. Sint Nicolaas. Zevenhonderd jaar later veroverden Turkse moslims Myra. De christenen konden nu niet langer het graf van hun heilige bezoeken. Daarom zeilden Italiaanse zeemannen naar Myra om het lichaam van Sint Nicolaas op te halen en mee te nemen naar Bari in Zuid Italië. Daar werd zijn lichaam bijgezet in een nieuw graf, in een kerk die speciaal voor hem gebouwd was, de Sint Nicolaaskerk.

 


En zo stond dit hel Antoiniushof vol met dit soort zaken. Aan de achterzijde kon ik door een hek om in de tuin van het Ursulineklooster te komen. Daar is een Mariagrot voor mensen die niet in de gelegenheid zijn om naar Lourdes te gaan

 


En nog een mooi plaatje in het Antoniushof, het Paradijs waarin je jezelf kan zien

 

.


Na Nieuwveen gaat de route over een grasdijk en kom je bij een zeer groot golfspel park. Aan beide zijde van pad en weg maar bijna niemand op het terrein. 
 


Dan kom ik op een kruispunt waar twee lange afstand tochten staan aangegeven, het Marskramerpad en het Pelgrimspad wat ik eerder ook heb gelopen. Ik herkende het niet maar hier moet ik eerder geweest zijn,

 


Iets verder op een route een kunstwerk voor iemand die van blauw glas houd. Gerrie of Gerda, wat voor jullie voortuin? Ziet er mooi uit.

 


Eerder vandaag heb ik Marskramer lopers gesproken die in Langeraar wonen, daar kom ik vandaag niet, maar nu ik in Papenveer ben, ligt daarachter de Langeraarsche plas. Papenveer is genoemd naar de katholieken, de papen. Vanuit Papeveer moest je naar de kerk aan de andere zijde van de plas, speciaal voor hen is er een dam in de plas gelegd, het kerkenpad, om redelijk snel naar de kerk te kunnen gaan. Zie de kaart met het kerkenpad.

 


In Papenveer is een sluisje die je zelf moet bedienen, ik denk dat het water in de omgang nu wel twee meter hoger staat. Maar er staat een uitgebreide omschrijving bij het sluisje.
 


Aangekomen aan de kop van de Langeraarsche plassen gaat de route over een smal tegelpad, dit loopt een paar km door tot Rijnsaterwoude.

In ieder geval niet drassig gras.

 


Na Rijnsaterwoude is het nog iets meer dan 4 km naar de Woubrugse brug, even blik op oneindig en door stappen over een asfaltweggetje. Het laatste stuk langs de Woudbrugse wetering naar de brug, langs kapitale villa’s met eigen haventjes, langs jachthavens. Net voor de brig zit een mooi restaurant voor de lunch, ondanks dat het al over tweeen was.
Hier nog andere marskramers gesproken. Dit was voor mij het eindpunt van vandaag, hier neem ik de bus naar Leiden waar ik twee keer overnacht. Nog even een kiekje vanaf de brug over de Woubrugse wetering. Op de voorgrond een turfsteker en achter zijn schep het restaurant.

 


Morgen ga ik het anders doen, ik ga niet terug met de bus naar Woubrugge, dat doe ik pas maandag. Morgen loop ik naar Wassenaar, over het landgoed de Horsten, dat is op maandag dicht en morgen, zondag dus open. Ik kom dan weer met de bus naar Leiden. Als het landgoed is gesloten is er een niet aantrekkelijk andere route, vandaar, 

 

Nu nog even genieten van het uitzicht vanuit mijn kamer op de Beestenmarkt in Leiden.